File:MCC-23641 Jezus in de tempel met drie schriftgeleerden, Jozef en Maria (2).jpg

Nederlands: In het midden van de tempel, die aangeduid is door rijke renaissance architectuur, zit Christus in een op een verhoging geplaatste zetel voor een met cassetten versierde nis. Hij houdt zijn rechterarm voor zijn lichaam. Voor hem zitten in een halfronde opstelling drie schriftgeleerden op lage bankjes, naar hem te luisteren. De schriftgeleerde geheel links trekt met zijn linkerhand zijn mantel om zich heen en draagt in de rechterhand een schriftrol. Zijn collega voor hem kijkt naar hem om, terwijl hij een open boek draagt. De derde rechts kijkt naar Christus op en legt zijn rechterwijsvinger tegen de linkerduim als gebaar van argumentatie. Links op de achtergrond verschijnen Maria en Jozef. Maria heeft haar handen gevouwen, terwijl Jozef naar de twaalfjarige Christus wijst. De voorstelling is gevat in een ronde, geprofileerde rand.

Christus is gekleed in een lange tunica. De drie schriftgeleerden dragen lange, rijkbewerkte gewaden en tulbanden. De linker schriftgeleerde draagt een muts op het hoofd waaronder een kapje, een korte, geschulpte schoudermantel met kwastjes, een gegord overkleed met wijde mouwen en een onderkleed met nauwe mouwen. Zijn mantel ligt over zijn rechterschouder en is over zijn schoot gedrapeerd. Aan zijn voet een sandaal. De middelste schriftgeleerde is blootshoofds en draagt een schoudermantel die op de rug eindigt in twee lange punten met kwastjes, een gegord overkleed met een korte siermouw en een onderkleed met lange mouwen en versierde zoom. De rechter schriftgeleerde heeft een tulband op het hoofd, waarvan een slip afhangt en om zijn schouders is geslagen. Hij draagt een korte schoudermantel met versierd boord, een lang overkleed met ruitpatroon en met kwastjes versierde zoom. Zijn mantel ligt over zijn rechterschouder en over zijn schoot. Maria en Jozef dragen hetzelfde als op ABM bs00701.

Resten van oorspronkelijke of oude polychromie: Zie ook ABM bs00701. De in de architectuur hoger liggende delen lijken verguld geweest, de vlakke delen lichtblauw en de diepste delen heel donkerblauw/grijs. Op de achtergrond links lichtblauw over donkerblauw. In het cassettenplafond en achter in de lunet donkerbruin. De tegelvloer draagt meerdere sporen licht- en donkerblauw. De tunica van Christus blauw waarop restjes wit. De schriftgeleerde links heeft nog sporen van incarnaat; zijn kap rood met vergulde rand, de schoudermantel blauw en verguld evenals de mantel, bovenkleed rood, onderkleed verguld (?). Groen op het kleed van de middelste schriftgeleerde, de rand verguld. De rest van de kleding verguld (?). De boekband rood. Bij de rechter schriftgeleerde binnenzijde van de mantel blauw en de buitenzijde verguld; de manchetten van het kleed rood. De rand was verguld op een donkerder bruine bolus.

Techniek: De figuren zijn uitgevoerd in hoogreliëf en de achtergrond in laagreliëf. In de achterzijde een gekartelde groef en bovenaan een ondiep, ovaal gat (oorspronkelijk?).

Staat: Gipsen invoegingen in de rand. Afgebroken zijn het hoofd van Christus en zijn linkerarm. Er loopt een scheur vanaf de rand door het hoofd van Jozef naar het midden en vanaf de rand onder de handen van Maria naar het middel van Jozef. Polychromie en steen over het gehele oppervlak beschadigd.